Bij dit voorbeeld gaan we van een samengestelde breuk, naar een gewone breuk.
Een voorbeeld:
2 5/6 + 3 3/4 =
We gaan eerste van 2 5/6 een breuk maken. 6/6 is een, 12/6 is twee. Bij 12/6 doen we 5/6 bij- 17/6
Nu gaan we van 3 3/4 een hele breuk maken. 4/4 is een, 8/4 is twee, 12/4 is drie. Daar tellen we 3/4 bij op- 15/4
Nu hebben we de som: 17/6 + 15/4 =
We willen hiervan een gelijknamige breuk maken. In het vorige voorbeeld gebruikten we de noemer keer de noemer. Nu weet ik dat in beide tafels ook 12 voorkomt. Hierbij hoef ik minder te vermenigvuldigen.
17/6 = ( 17 x 2 = 34 en 6 x 2 = 12) 34/12
15/4 = ( 15 x 3 = 45 en 4 x 3 = 12) 45/12
Nu is de som: 34/12 + 45/12 =
Teller + teller = 79
De uitkomst is: 79/12
Hier halen we vervolgens de helen uit. Ik weet: 5 x 12 = 60. Ik kan hier nog een keer twaalf uithalen: 6 x 12 = 72
Ik heb dus 6 helen houdt (79-72=7) 7/12 over.
Het antwoord is: 6 7/12